Zuivelverkoop vanaf de boerderij is erg in trek. Dat is ook niet verwonderlijk, want het levert zowel koper als verkoper voordeel op. Door het overslaan van tussenpartijen is de consument goedkoper uit, terwijl je als boer niet bij hoeft te dragen aan het salaris van de middle man. En heb je er ook wel eens aan gedacht dat het helpt om de afstand tussen boer en burger te verkleinen? Een win-win situatie dus.
In deze blog behandelen we de voedselveiligheid, niet de administratieve kant van het verhaal. Laten we beginnen met het goede nieuws: als melkveebedrijf mag je gewoon zuivelproducten verkopen op het bedrijf waar deze geproduceerd worden.
Desalniettemin zijn er wel een aantal eisen waaraan je moet voldoen bij het verkopen van verse producten. De belangrijkste is het waarborgen van de gezondheid. Zuivelverkoop moet voldoen aan artikel 8 van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen. Hoewel er geen actieve meldplicht is voor de verkoop van deze producten, staan de zogeheten zelfzuivelaars wel onder controle van het Controleorgaan Kwaliteitszaken (COKZ) [1]. Deze stichting houdt toezicht op de naleving van hygiëne en veiligheidsnormen. Deze controles zijn van belang om de gezondheid van de consument te beschermen.
Het belangrijkste risico bij de verkoop van rauwe melkproducten is de mogelijke aanwezigheid van schadelijke micro-organismen zoals Salmonella, Listeria en E. coli [2]. Deze bacteriën kunnen ernstige voedselinfecties veroorzaken. Wanneer rauwmelkse zuivelproducten niet goed behandeld zijn, kunnen deze een voedingsbodem vormen voor ziekteverwekkers. Doelgroepen zoals ouderen, kinderen, zwangeren en mensen met een verzwakt immuunsysteem zijn hierbij kwetsbaarder [2].
Zoals gezegd is het voornaamste van deze controle om de voedselveiligheid te garanderen. Met name bij rauwe melkproducten ligt namelijk Salmonella op de loer. Deze overbekende bacterie kan darmproblemen veroorzaken wanneer er besmette producten worden genuttigd. Gelukkig zijn melkveehouders erg scherp op deze ziektekiem en de gezondheid van hun dieren in het algemeen. Het is immers in ieders belang om kwalitatieve, verse melkproducten te leveren. Een Salmonella-besmetting kan een veehouder namelijk ook duizenden euro’s kosten.
Wist u dat ziektekiemen zoals Salmonella zich veel in het drinkwater van veehouderijen bevinden? De bacterie kan via verschillende routes in het melk terechtkomen, maar een veelvoorkomende bron is het drinkwater van het vee. Omdat melk voor 88% uit water bestaat is het belangrijk om het drinkwater vrij te houden van zulke bacteriën. Uit onderzoek blijkt bovendien dat veel melkveehouders een stap kunnen zetten qua ziektebestrijding in de drinkbak. Zo wisten Jan en Meindert Leijenaar het aantal Salmonella-besmettingen met 67% te verminderen door het drinkwater op hun bedrijf te verbeteren met Watter.
Ook prijswinnende kaasboeren Frank en Kees Captein hebben veel oog voor de drinkwaterkwaliteit op hun bedrijf. Hierdoor is de veestapel duidelijk gezonder. Zij merkten dat het celgetal flink daalde nadat ze met Watter zijn gestart.
Bent u ook benieuwd hoe u uw drinkwater kunt verbeteren en vervelende ziektekiemen kunt uitsluiten op uw bedrijf? Neem dan contact op met de experts van Watter.
Referenties: