Melkvee-, varkens en pluimveehouders zijn het roerend met elkaar eens: drinkwaterkwaliteit voor hun dieren is zeer belangrijk. Toch wordt hier op veel bedrijven geen structurele aandacht aan besteed. „Veehouders moeten gemiddeld genomen meer aandacht schenken aan waterkwaliteit voor hun dieren. Onvoldoende waterkwaliteit kan leiden tot maag-, darmaandoeninigen, smaakafwijkingen, interacties met drinkwatertoevoegingen en tegenvallende groei”, stelt Joost Straathof. Hij is eigenaar van JS Water.
De ervaren waterspecialist werkt altijd volgens een vast patroon. Eerst kijkt hij kritisch naar de hoofdaanvoer en vervolgens neemt hij daar watermonsters. „Bij leidingwater is dat meestal wel goed. Maar bij water uit eigen bron kan het daar al mis gaan. Grondwater kan bijvoorbeeld een te hoog ijzer- of mangaangehalte bevatten, doordat de ontijzeringsinstallatie niet meer goed functioneert. Daarom is het nuttig om halfjaarlijks een labonderzoek te laten uitvoeren, maar ook tussentijds zelf het water te beoordelen op geur, kleur en smaak.” Vervolgens kijkt de waterspecialist hoe het systeem is aangelegd. „Water moet zo min mogelijk stilstaan in leidingen, omdat er dan een zogeheten biofilm kan ontstaan. Deze ontstaat als bacteriën gaan groeien op vuildeeltjes die aankoeken tegen de wand van de leiding. Op een biofilm kunnen schadelijke bacteriën als coli’s groeien en vee kan hiervan hinder ondervinden.”
In het watercircuit mogen geen verzakkingen zijn waar bezinksel van vuil ontstaat. Daarom moeten leidingen zoveel mogelijk recht worden aangelegd. Ook mogen leidingen niet te dik zijn. Bij te dikke leidingen is de doorstroming te langzaam, wat de kans op ontstaan van een biofilm verhoogt. Veehouders kunnen volgens Straathof het beste kiezen voor pvc leidingen. „Gegalvaniseerde leiding gaat roesten en bepaalde typen tyleenslangen zijn poreus wat de kans op een biofilm vergroot.”
Beschikbaarheid
Het gebruik van communicerende vaten - die je veel ziet in rundveestallen uit de jaren ’70 en ‘80 - raadt Straathof ten strengste af. „Bij communicerende vaten, zit er in één bak een vlotter en stroomt water uit de ene drinkbak voor de koeien door de leidingen in de andere. Hierdoor raken de leidingen en nieuw aangevoerd water snel vervuild. Iedere drinkbak voor de koeien moet een eigen vlotter hebben.”
Naast het watercircuit controleert hij ook de beschikbaarheid van water. „Vlotterbakken moeten voldoende water geven, zodat alle koeien genoeg kunnen drinken. Anders is de kans groot dat ook de melkproductie lager uitvalt dan haalbaar is. Hetzelfde geldt voor varkens en pluimvee. Als de nippels verstopt zitten en vleesvarkens niet of te weinig kunnen drinken, valt de voeropname ook snel lager uit en gaat de groei omlaag.”
Straathof kijkt ook naar de omgang met doseerapparaten. Deze worden in de varkens- en pluimveehouderij veel gebruikt. Als laatste punt controleert de waterspecialist de reinigbaarheid. „Kan het systeem goed gespoeld worden?” Ook vraagt hij hoe vaak de veehouder het systeem reinigt. Veel vleeskuikenhouders ontvangen iedere zeven weken nieuwe kuikens en reinigen na iedere ronde hun drinkwatersysteem. Hierdoor wordt al enige zekerheid ingebouwd. „In andere sectoren verslapt de aandacht voor reiniging vaak vanwege tijdgebrek. Maar zet gewoon op de kalender dat je iedere maand je watersysteem moet reinigen en doe dit dan ook”, adviseert Straathof. Om te controleren of het reinigen goed is gegaan, raadt hij aan om maandelijks de waterkwaliteit te controleren door water uit het systeem in een witte emmer te laten lopen. „Als het water niet helder is, dan is de kwaliteit ook niet goed.”
Ook adviseert hij om maandelijks watermonsters te laten onderzoeken. „Microbiologisch onderzoek kost 35 of 40 euro per monster. Door slechte waterkwaliteit gaan de dierprestaties snel hard achteruit. Investeren in waterkwaliteit loont.”
Naar salmonella status 1
Vleeskuikenhouder Paul Grefte uit Hengevelde (OV) gebruikt sinds 2011 een machine van Watter. Daarvoor was de waterkwaliteit goed. Alleen was hij jaarlijks 7.000 euro aan waterstofperoxide azijnzuur kwijt. „De hoofdreden om voor Watter te kiezen was kostenbesparing. De machine kostte 22.000 euro. Maar die is na een paar jaar terug verdiend, omdat ik geen waterstofperoxide azijnzuur meer hoef te kopen.”
Grefte mengt drie keer per ronde vleeskuikens anderhalf procent Watter- water door het drinkwater. Ook spoelt hij na afloop van de ronde de leidingen met het WDS. Verder ontsmet hij om de ronde de vloeren van zijn stallen met Watter. „De ene ronde ontsmetten we met Watter, de ronde erop met formaline.”
Zeugenhouder Herrald Klaassen uit Coevorden (DR) werkt nu bijna anderhalf jaar met Watter. Dat bevalt goed. „Vroeger gebruikte ik allerlei middelen zoals chloordioxide azijnzuur. Dat hielp even. Maar een paar weken later was de waterkwaliteit al weer stukken minder. Nu is de waterkwaliteit structureel goed.” Klaassen heeft ook geen last meer van verstopte drinknippels en minder problemen met salmonella. „Vroeger hadden onze varkens de hoogste salmonella status 3. Nu zitten ze in status 1. Niet alleen de biggen die we zelf afmesten, maar ook de biggen die naar andere vleesvarkenshouders in Duitsland gaan.” Klaassen heeft ook het idee dat zijn zeugen gezonder zijn.
Zeugenhouder Gert Altena uit Hoogenweg (OV) werkt ruim twee jaar met Watter. Hij had zuurminnende gisten in de waterleiding zitten en die kreeg hij er met waterstofperoxide azijnzuur niet uit. „Die gisten kwamen erin doordat we zuur aan het water toevoegen. Bovendien staat het water op ons bedrijf veel stil en is het in de biggenafdelingen 30 graden Celsius. Daardoor is er meer kans op vervuiling, zodat coli’s zich goed in de leidingen kunnen vermeerderen.” Nu heeft hij die problemen niet meer. „Bovendien hoef ik geen dure zuren meer te gebruiken om het darmstelsel gezond te houden. Ik ben heel tevreden, omdat ons water nu honderd procent schoon is. Dat blijkt ook uit de kiemgetallen.”
Leidingen weer schoon
Vleesvarkens- en pluimveehouder Marijke Folkers uit Veendam (GR) gebruikt nu twee jaar Watter. „We hebben doorzichtige leidingen en zien nu dat de leidingen weer schoon zijn. Vroeger waren ze af en toe zwart van de aanslag.” Haar varkens krijgen water van de eigen grondwaterinstallatie. Folkers moet als deelnemer van het Beter Leven vleesvarkensconcept vier keer per jaar de drinkwaterkwaliteit controleren. Sinds zij Watter gebruiken, zijn de waardes altijd goed. Vroeger was dat niet altijd zo.
Melkveehouder Gerben Koskamp uit Vlagtwedde (GR) heeft tegenwoordig minder last van uierontsteking. „Ook zijn onze koeien sneller hersteld na een aandoening, omdat ze meer weerstand hebben. Ik heb de indruk dat het Watter-systeem hieraan een positieve bijdrage levert.” Uit wateronderzoek blijkt dat het kiemgetal duidelijk minder is. Verder lijkt het water optisch schoner. „We draaien nu technisch beter. Maar dat ligt niet alleen aan Watter. We zijn meer dingen anders gaan doen.”